Het leefgebied van de reeën kan begrensd worden door rasters en hekken. In dat geval bepalen zij de 'beschikbaar' gestelde leefomstandigheden voor dieren en mensen. De bijwerking van rasters is dat vaak ook andere diersoorten dan de soort waarvoor de afrastering wordt aangelegd, er niet door kunnen. Hekken en rasters versnipperen zonder extra maatregelen dan ook nagenoeg altijd de leefomgeving van diersoorten.
br/>Zo'n afscheiding werkt alleen als deze ook werkelijk een scheiding is in de leefomgeving van de doelsoort. Voor een ree vormt een afrastering van negentig centimeter hoog alleen in de eerste maanden van het leven een barrière. Zo vormt een opening van negentig centimeter hoog en 30 centimeter breed geen barrière voor reeën.
Een raster vormt voor reeën wel een barrière als de maaswijdte kleiner is als dertig centimeter en de afrastering één meter en twintig centimeter of hoger is.
Een volwassen ree zal alleen in een extreem geval nog over zo'n hindernis kunnen springen maar de jongen kunnen het volwassen ree niet volgen en het volwassen dier gaat ook niet eenvoudig weer terug.
Een raster is honderd procent blokkerend voor reeën bij een hoogte van één meter en tachtig centimeter. De extreme variant van zo'n raster is het wildkerend raster. Een wildkerend raster voorkomt schade bijvoorbeeld in het verkeer door aanrijdingen met reeën, wilde zwijnen, damherten of edelherten. Voorbeelden zijn de grofwildrasters op de Veluwe en de Oostvaardersplassen.
Wildspiegels of -reflectoren zijn tijdelijk hindernissen in de leefomgeving. Zij vormen geen barrière omdat zij na enkele seizoenen zelfs een averechts effect hebben. De dichtheid aan reeën neemt door het tegenhouden van de dieren in alle gevallen toe waardoor er een migratie 'druk' ontstaat die leidt tot het 'nemen' van de hindernis. Daarbij 'leren' de dieren dat de gevaarlijke situatie niet zo gevaarlijk is. We noemen dit gewenning. Treed gewenning op dan zijn de omstandigheden gelijk geworden als in de beginsituatie, echter met een hogere dichtheid en dus meer kans op aanrijdingen.
Met de juiste kennis kan het leven voor reeën en andere wilde dieren ook gemakkelijker worden gemaakt. Een variant op het wildkerend raster is namelijk het wildgeleidende raster. Dat wordt gebruikt om de dieren te leiden naar oversteekvoorzieningen zoals ecoducten. De toepassingen van wildgeleidende rasters is vaak zodanig dat een soort trechter wordt gevormd waardoor de dieren bij faunaoversteekplaatsen komen. In een kanaal kan het een wildgeleidende voorziening zoals een drijver of damwand zijn die het dier naar een uittreedplaats leidt.
Het bewust zijn van en combineren van hindernissen en barrières is belangrijk in het geschikt zijn van een gebied als leefgebied voor een diersoort, zoals het ree.
Kijk de video: Vroege Vogels - Reebok springt over afrastering
https://www.over-reeen.nl/Portals/0/afbeeldingen/video/reebok_springt_over_afrastering_420.webp
https://www.youtube.com/watch?v=NTGET6TmTh0
Tussen een oude melkfabriek en onze boerderij in steken de reeën regelmatig de doorgaande weg tussen Zuid- en Noordbroek over om van de klei- naar de zandgronden te gaan en omgekeerd. Tot nog toe zijn er geen ongelukken gebeurd. Gefilmd door Willem ten Rae. Gepubliceerd op Youtube door: Vroege Vogels, Gefilmd door Willem ten Rae 2013-04-02T00:00:00+01:00