Sommige kenners beweren de leeftijd van het levende ree te kunnen bepalen. Ze overschatten zichzelf. Reeën-kenners die toegeven dat ze dat niet precies kunnen zijn reëel en eerlijk. De praktijk levert namelijk telkens bewijzen dat hierbij zoveel fouten worden gemaakt dat we er rustig van uit mogen gaan dat het vaststellen van de leeftijd in het veld bijna onmogelijk is.
De kenmerken aan het levende ree tonen zich in gedrag, houding, proporties van het lichaam, vacht en gewei. Waarbij het leeftijd bepalen aan het gewei op basis van de enden een, hardnekkige, fabel is. Bij reeën in de leeftijd tot één jaar is het tot op ongeveer een maand wel aan te geven hoe oud een ree is. Wat overblijft is één tot vijf jaar en vijf jaar en ouder.
Alleen na zorgvuldige observatie met een goede verrekijker, is vast te stellen of een ree heel jong of heel oud is. Waarbij de oudere bok verschijnselen van een éénjarig ree kan hebben. Het wordt al een stuk makkelijker als een ree een speciaal kenmerk heeft en je dat ree over langere tijd kunt volgen. Echter worden ook hier vergissingen gemaakt.
Toch zijn er een aantal aanwijzingen die kunnen helpen om een ree als jonger dan een jaar, volwassen of oud (ouder dan 6 jaar) te schatten. En je kunt aan het ree ook zien in welk jaargetij we ongeveer ziten.

Jonge reeën zijn nog in ontwikkeling ze hebben kenmerken van het kalf en gaan in circa een jaar over naar de kenmerken van volwassen reeën. Hierbij is handig te weten dat 80% van alle reeën in mei geboren worden. En het moment van waarnemen dus ook zegt hoe oud het ree is. We kunnen het ook aan de dieren waarnemen: De gevlekte reekalfjes verbergen zich tussen geboorte en circa 10 dagen daarna. Lopen zij weg dan zijn ze tussen drie en 8 weken. Vervagen de stippen dan zijn ze tussen 8 weken en en 4 maanden oud.
Ze hebben dan echter nog een dunne hals en zijn “overbouwd”, dat wil zeggen dat ze ter hoogte van kruis en heupen hoger zijn dan ter hoogte van de schoft. Ze zijn slank, met weinig massa. Het gedrag is wat zorgelozer en speelser dan bij oudere dieren. Jonge dieren zijn meer zichtbaar, komen eerder en gemakkelijker uit het bos dan hun oudere soortgenoten, om bijvoorbeeld te eten.
Een ouder ree heeft meestal een horizontale rug, soms iets doorgezakt. De hals is dik en de romp heeft veel massa.
Bovendien zijn de echt oude reeën en met name de reebokken bijzonder voorzichtig en voortdurend op hun hoede. Vaak komen ze pas uit de dekking als het al donker is en in de morgen zijn ze als het licht wordt al weer in de ruigte verdwenen. Is in de dekking voldoende voedsel te vinden dan treden ze vaak helemaal niet uit. Dat is de reden waarom sommige oude dieren er in slagen gedurende lange tijd volkomen onopgemerkt te blijven.
De overige dieren horen tot de volwassen dieren zonder duidelijke leeftijdskenmerken, waarschijnlijk tussen één en 6 jaar oud.
Hieronder twee foto's van één ree.
En nu? Zie je een penseel? Zie je een schortje? Is er wel of geen geweivorming? Kortom niet zo makkelijk. Bovendien staan de reeën zelfs met goede verrekijkers bijna nooit zo dichtbij.